Wetenschappelijke betekenis |  | Zie ook L-lactaat in bloed.
De bepaling van lactaat in CSV wordt gebruikt als hulp bij de differentiaal diagnose tussen meningitis van virale of van bacteriële, mycoplasma, schimmel en tuberculeuse oorsprong bij patiënten waar routine parameters evenwaardige resultaten geven. Bij patiënten met virale meningitis zijn de lactaatconcentraties in het cerebrospinaal vocht meestal < 2.8 mmol/L en altijd < 3.9 mmol/L. Bacteriële meningitis vertoont typisch lactaatconcentraties > 3.9 mmol/L. De sensitiviteit en specificiteit van lactaatbepaling voor de differentiaal diagnose van infectieuse meningitis bedraagt 80 tot 90% indien men een lactaatconcentratie van 3.3 tot 4.0 mmol/L als cut-off gebruikt. Virale meningitis, inadequaat behandelde bacteriële meningitis en tuberculeuse meningitis geven vaak intermediaire lactaatconcentraties, welke elkaar overlappen. Dit beperkt het gebruik van lactaatbepaling bij deze differentiaal diagnose. Persistent verhoogde lactaatconcentraties in het ventriculair cerebrospinaal vocht zijn geassocieerd met een slechte prognose bij patiënten met een ernstig hoofdletsel.
Gestegen lactaatconcentraties in het CSV reflecteren een lokaal anaëroob metabolisme, te wijten aan weefselhypoxie. |